Skip to main content

De invloed van het Engels op ons Nederlands

A tegen B: Terwijl ik hem approachte, zag ik iets waar ik helemaal flabbergasted van werd. Het was net na onze meeting. 

Zomaar een zin die je in Nederland ergens op kantoor of in de trein zou kunnen horen. Talen worden al sinds mensenheugenis door elkaar gebruikt, dat is niets nieuws. Maar ik vraag me vaak af: wat is nou de toegevoegde waarde van de Engelse woorden terwijl we bovenstaande ook gewoon in onze moerstaal kunnen zeggen. Kijk maar:

A tegen B: Terwijl ik hem benaderde, zag ik iets waar ik helemaal van ondersteboven was. Het was net na onze vergadering.

De ongemerkte invloed van het Engels

Het Engels dringt al lange tijd gemerkt en ook ongemerkt in onze taal door. Hele woorden, zoals de eerder genoemde voorbeelden, larderen onze taal, maar in het gebruik van leestekens en samengestelde woorden zie je ook iets veranderen:

  • dagen en maanden zie ik steeds vaker met een hoofdletter; zo is dat in de Engelse taal inderdaad zo, maar in het Nederlands schrijven we dagen en maanden nog steeds met een kleine letter. Misschien dat de invloed van de automatische spellingscontrole in Word of op de smartphone (weer zo’n oer-Nederlands woord!) deze trend eveneens beïnvloeden;
  • samengestelde woorden worden vaker los geschreven, zoals dat in het Engels veel vaker gebeurt; bijvoorbeeld presentatieruimte en kantoorgebouw -> presentatie ruimte en kantoor gebouw. Ik kan niet met zekerheid zeggen waarom samengestelde woorden steeds vaker in onze taal los geschreven worden; is het inderdaad onder invloed van het Engels of speelt dyslexie hier ook een rol? Feit is dat hier een stukje erosie in de Nederlandse taal zichtbaar is.

Vernederlandsing van Engelse woorden

Een ander fenomeen dat ik steeds vaker tegenkom, is het onjuist gebruiken van Nederlandse woorden. Sommige Nederlandse woorden lijken namelijk heel veel op de Engelse versie, maar er is wel degelijk een verschil in betekenis.

Laatst hoorde ik deze zin op TV: “Zij controleerden de stuwen.”

Het is het Engelse werkwoord ’to control’ dat het Nederlands in de weg zit. Dit woord betekent namelijk niet ‘controleren’ maar ‘beheren’.  Men bedoelt te zeggen: “Zij beheerden de stuwen.” Hieronder een paar Engelse woorden die vernederlands zijn:

  • “Die mensen blinkten niet eens met hun ogen!”
  • “Die zaken puzzelden mij wel…”

Als ik bovenstaande verbasteringen zie dan heb ik medelijden met de mensen die weinig tot geen Engels hebben gehad op school. Wat maken zij van dit rare taalgebruik? En in hoeverre begrijpen zij reclamekreten als “We all benefit” of “Mijn manager was niet echt in een goeie mood” en “Zullen we even een break houden?” Straks moet ik nog een omgekeerde cursus ontwikkelen met als titel: Terug naar af: het pure Nederlands voor Nederlanders…

Ad Verbrugge

Er zijn verschillende neerlandici, maar ook filosofen die zich bezighouden met de vraag of het Nederlands lijdt onder de invloed van vreemde talen, met name de Engelse taal. Afgelopen zomer pleitte het Ad Verbrugge, filosoof en voorvechter van Beter Onderwijs in Nederland (BON) in NRC Handelsblad op 22 juni jl. voor minder Engels en meer Nederlands op hogescholen en universiteiten. Hij ziet overal het Engels opduiken waar ook gewoon het Nederlands gebruikt had kunnen worden. Aanduidingen van bijvoorbeeld de verdiepingen in een universiteit met ‘Second floor’. Verbrugge snapt wel dat zo’n universiteit het de buitenlandse studenten makkelijker wil maken (als dat al de reden is, wie zal het zeggen), maar waarom vragen we de buitenlandse student niet om Nederlands te leren? Bovendien kan elk weldenkend mens begrijpen wat ‘verdieping’ betekent als je voor of in een lift staat.

Geen prikkel om Nederlands te leren

Ik ken verschillende buitenlandse studenten die zich jarenlang redden in het Engels, vooral in de grote steden Amsterdam, Rotterdam en Den Haag. Maar het gevolg is dat zij geen Nederlands hoeven te leren. De reden of prikkel ontbreekt namelijk volledig. Ik merk het aan het aantal klanten die bij mij NT2-lessen volgen; zij volgen Skype-lessen bij mij, omdat de gemiddelde Nederlander in hun eigen woon- of werkomgeving Engels blijft spreken. Waarom? Om zelf beter te worden in het Engels! Het moet niet gekker worden; de roep in de samenleving om integratie (via taal) is groot, maar dan moeten we beginnen bij onszelf en Nederlands spreken tegen de nieuwe Nederlander!

Kenny B en zijn muzikale pleidooi voor het Nederlands

Terwijl ik dit schrijf, moet ik regelmatig denken aan het swingende liedje “Praat Nederlands met me, even Nederlands met me” van Kenny B. De zanger is in Parijs en spreekt een Parisienne aan met “Bonjour mademoiselle”. Zij antwoordt “Je suis Néerlandais!” en dat is voor Kenny het moment om snel over te gaan op het Nederlands. Alle Nederlanders zouden een voorbeeld aan hem moeten nemen; spreek onze taal, zodat iedereen die het Nederlands wil leren spreken de kans krijgt om te oefenen. Dan hoeven de nieuwkomers niet meer met die malle button “Spreek Nederlands! Met mij” rond te lopen!

In elk geval zal de Nederlander steeds meer moeite moeten doen om zijn of haar taal goed te spreken en schrijven. Daar ben ik van overtuigd. En als iedereen onze taal ook actief blijft gebruiken wanneer hij of zij een buitenlander spreekt dan kan de nieuwkomer in elk geval onze lastige maar mooie taal makkelijker eigen maken. Engelse woorden verbannen is onmogelijk, maar ons Nederlands koesteren en verkiezen boven het Engels waar mogelijk is wel het minste wat we kunnen doen.

‘Business’, reclame en ICT

Zowel in zakelijke kringen, de reclame als in de ICT zijn Engelse termen doodnormaal. Op de sociale en professionele mediasites stikt het van de Engelse woorden. Zo kun je een aanbevelingstekst schrijven voor iemand anders op Linkedin. Dat heet een ‘endorsement’. De Engelse betekenis van dit woord luidt als volgt: ‘a public or official statement of support or approval’. Tja, het blijft behelpen als je het Engels niet machtig bent.

Dat het Engels in de ICT-wereld de standaardtaal is, is overigens niet zo verwonderlijk. De bakermat van de computertechnologie ligt in de Verenigde Staten en de deskundigen in dit werkveld nemen de woorden over. We zouden er echter ook voor kunnen kiezen om ze wel te vertalen, zoals dat in het Frans regelmatig gebeurt. Neem het woord ‘computer’. In Frankrijk heet een computer een ordinateur. Zou het samenhangen met trots zijn op je moerstaal? Waarom vertalen wij vreemde woorden in onze taal niet zo vaak?

Zoals woorden in de reclame, de marketing (!) en bedrijfskunde (business) als salestarget en skills. Ze zijn volledig ingeburgerd. Waarom zeggen we niet: verkoop, doel en vaardigheden? Is dat luiheid? Of vinden we de Engelse woorden stoerder klinken? Denken we meer indruk te maken als we ons gesprek of presentatie volknallen met Engelse woorden? Hieronder nog even een paar veel gehoorde Engelse woorden in onze taal (een lijstje dat echt heel willekeurig is):

  • cookies
  • dashboard
  • downloaden
  • deleten
  • login
  • links
  • killen (van je mobiele telefoon)
  • dead battery
  • approach
  • commercial

English a Day

Even een uitstapje naar een mini-onderzoekje dat ik afgelopen week heb gehouden onder de 1600 gebruikers van mijn web-app English a Day, een taalleermiddel om de Engelse taal dagelijks een beetje te trainen (Engels woord!). Ik heb hun gevraagd om de meest gehoorde Engelse woorden door te sturen. Er kwamen heel wat reacties binnen. Hieronder zie je de top 5 van de inzendingen:

  • 1. shit
  • 2. okay
  • 3. meeting
  • 4. flabbergasted
  • 5. mailen

Beamer?

Naast het feit dat wij volop equivalenten in onze eigen taal voor Engelse woorden hebben, kan een vreemd woord ook verwarring opleveren bij het uitspreken ervan. Onlangs ontving ik een leuke anekdote over het woord beamer van Serge de Beer, de programmeur van onze English a Day web-app. Serge kon mij vertellen dat hij de broer van Herman Finkers had gehoord over een beamer. Broer Finkers sprak het woord echter uit als [be-amer]. En daaraan voegde hij er aan toe: “Een beamer (uitgesproken op z’n Nederlands) is een apparaat is dat bevestigt wat ik vertel”. Het vergt even wat doordenken, maar dan begrijp je hoe letterlijk de broer van de bekende Twentse cabaretier het woord beamer ooit had gelezen.

Auto

Aanvullend is het leuk om te vermelden dat het woord beamer in het Engels niet betekent wat wij vaak denken dat het betekent. Velen van ons gebruiken beamer voor het apparaat dat een presentatie op een witte muur kan projecteren. Toch? De Engelsen gebruiken daar echter een heel ander woord voor: ‘projector’. Een beamer in Engelstalige landen betekent iets heel anders. Het is een informeel woord en duidt op … jawel: een auto. En wel een snelle BMW!

E-mail of email

Iets dergelijks wat uitspraak betreft is ook het geval met het woord ‘email’. Als je geen verbindingsstreepje tussen e-(lectronisch) en mail schrijft, leest het woord als email. Email is een leenwoord dat oorspronkelijk uit het Frans komt en de volgende betekenis heeft: glasachtige, ondoorzichtige of transparante massa, in een dunne laag aangebracht ter bedekking of versiering van metalen, glazen en keramiek. Schrijf je e-mail dan voorkom je dit misverstand. Dit is in de ogen van Engelstaligen ook de enige juiste schrijfwijze.

Dertig jaar geleden

Dat de invloed van Engelse woorden op onze taal en een pleidooi voor het Nederlands niet een recente trend is, blijkt wel uit de analyse van J.J. Bakker in Onze Taal in 1987, bijna dertig jaar geleden. Zijn vraag is waarom wij zoveel vreemde woorden in het Nederlands horen. Het artikel “Tien redenen” begon als volgt:

Xenomanie – de blinde verering van al wat uit den vreemde komt – is geen typisch Nederlandse ondeugd, maar wel een die in dit land van ‘moedertaalmasochisten’ (een term van P. C. Paardekooper) opvallend wijdverbreid is. De huidige infiltratie van met name Engelse en Amerikaanse woorden in het Nederlands is zo massaal, en roept bij taalverzorgers zoveel emoties op dat men er zelden toe komt de motieven van de spraakmakende gemeente eens rustig te onderzoeken. Die motieven zijn er natuurlijk, want waarom anders putten zoveel mensen zo gretig uit het Angelsaksische vocabulaire?

Dat de invloed van het Engels tot dertig jaar geleden beperkt bleef, lees ik in het boekje “Het woord, ontstaan, gebruik en ontwikkeling” van J.A. Meijers dat hij al in de jaren vijftig vele Engelse woorden in ons taal opgenomen heeft zien worden:

“… in een lijst van 1953 komen woorden als baby, blunder, body, boomerang, budget niet meer voor. […] ze worden nu niet meer als Engelse woorden beschouwd. Ze zijn Nederlands geworden, als zoveel andere.”

Een van de vele argumenten om het Engels niet teveel tot onze taal toe te laten, is de kwaliteit van het Nederlands. We zouden niet meer weten hoe we onze taal moeten gebruiken, uitdrukkingen zouden door elkaar gehaald worden, woordenschat zou omlaag gaan en we zouden achterblijven met een uitgekleed taaltje. Of het echt zo erg is? Ik betwijfel het. Ik denk dat het zo’n vaart niet zal lopen.

Wat wel een feit is, is dat de invloed van de Engelse taal op ons Nederlands al heel lang bestaat en het zal ongetwijfeld een bron van verrijking, discussie, verwarring en voor vele puristen irritatie blijven. Zo zij het …  So be it! 😉 

engels, leenwoorden

Reacties (2)

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Nieuwsbrief

Wilt je ook op de hoogte blijven van Taaltutor? Meld je nu aan voor de nieuwbrief

© Caro Grafico. All rights reserved.